Een beeld van verscheurde families

De door Brussel opgelegde volkstelling leidt in de meeste westelijke Balkanstaten tot een politieke discussie. Twintig jaar na het begin van de oorlogen in voormalig Joegoslavië komen etnische en sociale spanningen daarmee opnieuw nadrukkelijk tot uiting.

Gepubliceerd op 21 januari 2011 om 10:57

De volkstelling die de Balkanlanden dit jaar geacht worden te houden, zal een zware druk leggen op de politiek. Het bijwerken van de demografische, economische en sociale gegevens zal waarschijnlijk gevolgen hebben voor de verhoudingen tussen de staten onderling en kan oude wonden openrijten en herinneren aan beloften die niet zijn nagekomen.

Natuurlijk zal de telling ons een geloofwaardig statistisch beeld verschaffen van ons leven. Het getalsmatige bewijs van de etnische zuivering? Ongetwijfeld. De godsdienstige herindeling van de regio? Zeer zeker. Zal ze ertoe bijdragen dat de kiezerslijsten worden aangepast aan de demografische werkelijkheid? Waarschijnlijk wel.

In Servië is de telling, die in april zou worden gehouden, uitgesteld tot oktober. Omdat de staatskas leeg is, heeft de Europese Unie Belgrado financieel moeten steunen. Servië loopt echter achter met het beantwoorden van de vragenlijst waarin Brussel om nauwkeurige informatie vraagt omtrent de situatie in de kandidaat-landen [ook de andere landen van de EU moeten in 2011 een onderzoek onder de bevolking houden, red.]. Het land loopt daarmee het risico langer te moeten wachten op de voor die landen bestemde gelden.

Een hele stad minder

Ik betwijfel of de regering zo blij zal zijn met de statistieken. Vermoedelijk zullen er pijnlijke zaken door worden opgerakeld die men probeert te verdringen. Bijvoorbeeld dat het land zich geplaatst ziet voor het probleem van de 'witte pest', het dalende geboortecijfer. De Servische bevolking neemt jaarlijks met zo’n 30 à 40.000 personen af. Een hele stad minder. Daarnaast zal de volkstelling het probleem van de kennisvlucht aan het licht brengen. We zullen worden gedwongen ons af te vragen waarom wij, na Ierland en Hongarije, het derde land in Europa zijn waarvan de diaspora nauwelijks kleiner is dan het aantal inwoners dat in het land achterblijft. Of waarom wij vierde staan op de ranglijst van meest pessimistische landen ter wereld.

Nieuwsbrief in het Nederlands

Hoeveel mensen zullen positief antwoorden op de vraag naar hun computerkennis? Welke computers? De doelmatigheid van het onderwijssysteem in het Servië van de 21e eeuw wordt afgemeten aan het feit dat een derde van de bevolking ongeletterd of 'functioneel ongeletterd' is. Hoe cynisch om aan een leger van 700.000 mensen die onder de armoedegrens leven te vragen naar het aantal appartementen of huizen! Je kunt je hun woede die zich richt tegen corrupte politici, schatrijke zakenlui en consorten voorstellen. Het is belangrijk dat gezinnen die van de landbouw leven en ten minste een halve hectare bouwland bezitten worden geteld. Dan weten we of Servië “6 keer meer mensen kan voeden dan er in het land wonen”, of dat we de lijst van geïmporteerde landbouwproducten langer zullen moeten maken. Daarmee zouden heel wat heersende opvattingen wel eens onderuit gehaald kunnen worden.

In Kosovo zal de telling, die in april wordt gehouden, ongetwijfeld heel interessant zijn. Dit wordt de eerste echte telling in dertig jaar en de eerste sinds de NAVO-bombardementen van 1999. Anders dan bij Bosnië-Hercegovina dringt de internationale gemeenschap erop aan dat de telling in het hele land wordt gehouden, ook in het noorden, waar de Servische meerderheid zich verzet tegen elk initiatief van de centrale regering in Pristina. Dit is de gedroomde gelegenheid voor Servische academici en historici, die dwepen met Kosovo, om eraan te herinneren dat in 1929 de Serviërs 61 procent uitmaakten van de Kosovaarse bevolking, terwijl diezelfde bevolking bij de volkstelling van 1981 voor 77,48 procent uit Albanezen bestond. Aangezien Belgrado vreest, en met reden, dat een groot aantal Serviërs die uit Kosovo zijn verdreven niet meegeteld zullen worden, roept de regering op tot een boycot, zoals de Albanezen hebben gedaan bij de telling van 1991 [de laatste van Joegoslavië, red.], om “de etnische zuivering van Serviërs in Kosovo niet te legaliseren”.

Geen toeval

Het zou echter kunnen dat de vertraging die de organisatie van de Servische volkstelling heeft opgelopen, geen toeval is. Misschien wachten we liever eerst af hoe de volkstelling in Kosovo en de onderhandelingen tussen Belgrado en Pristina verlopen.

Eén troost, in Bosnië-Hercegovina zijn de politici het nog niet eens over wat er moet gebeuren. Door de politieke verlamming [drie maanden na de algemene verkiezingen heeft Bosnië-Hercegovina nog altijd geen nieuwe regering, red.] is het niet ondenkbaar dat dit land straks de enige Europese lidstaat is waar de volkstelling niet dit jaar wordt gehouden. Dan komen er nog steeds geen nauwkeurige statistieken van de veranderingen die zich tijdens en na de oorlog hebben voltrokken in de bevolkingsopbouw en van de verwoesting van duizenden huizen, fabrieken, scholen en andere gebouwen. Met verwijzing naar de normen van Eurostat eisen de Bosniërs dat de volkstelling geen verplichte vragen bevat over religie, herkomst of taal, omdat daarmee slechts de “etnische zuivering zou worden gelegaliseerd”.

In Montenegro kan de volkstelling leiden tot een toename van de politieke spanningen door vragen over herkomst, etniciteit en taal. De oppositiepartijen vrezen dat door de druk die wordt uitgeoefend het aantal mensen dat ervoor uitkomt Serviër te zijn en Servisch te spreken in de minderheid zal zijn. Steeds vaker worden de Serviërs in Montenegro opgeroepen ervoor uit te komen dat zij lid zijn van de Servisch-orthodoxe kerk. De volkstelling dreigt het binnenlandse evenwicht in Montenegro en de betrekkingen tussen Belgrado en Podgorica te verstoren.

Vragen over het privéleven

Ook de inwoners van Kroatië zullen niet gespaard blijven voor politisering als hen in april wordt gevraagd antwoord te geven op 45 vragen, waarvan sommige raken aan hun privéleven. Bijvoorbeeld “of ze samenwonen met iemand van hetzelfde geslacht”. Gelukkig zullen er geen vragen meer worden gesteld die betrekking hebben op 'vluchtelingen' of 'displaced persons'. Men zal zich waarschijnlijk echter wel afvragen waarom er in Kroatië jaarlijks 41.000 baby’s worden geboren en er 54.000 mensen overlijden.

In Macedonië zal de volkstelling in april worden gehouden. De vragenlijsten zijn al klaar, en de regering in Skopje verwacht geen politieke problemen, omdat alle normen, bijvoorbeeld voor wat betreft vragen over religie en herkomst, in acht zijn genomen.

In Albanië zal de herkomst en etniciteit van de bevolking worden geïnventariseerd om een einde te maken aan de controverse die er op dit punt bestaat. Deskundigen zijn van mening dat veel Albanezen hiermee de kans zullen krijgen de Griekse nationaliteit aan te vragen en zo te profiteren van de ruime pensioenen die Griekenland toekent aan minderheden.

Over het geheel genomen zal de volkstelling heel wat statistische waarheden aan het licht brengen en evenzovele praktische problemen. Naar het voorbeeld van de Balkanlanden, die zich in de wachtkamer van de Europese Unie bevinden.

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp