unknows Interview Martin Schulz 2/2

“EU-leiders lopen twee jaar achter”

Gepubliceerd op 6 augustus 2012 om 11:34

Martin Schulz gelooft dat de euro nog kan worden gered. Maar daarvoor moeten de Europese staatshoofden en regeringsleiders de politieke spelletjes vaarwel zeggen en het Parlement een kans geven.

In een vraaggesprek met Presseurop (lees deel 1 hier) stelt de voorzitter van het Europees Parlement zich reeds op als de leider van het Parlement dat hij wil creëren: een tegenmacht die het volk vertegenwoordigt tegenover de Europese Raad en de Commissie.

Mijnheer Schulz, de eurocrisis gaat zijn derde zomer in. Valt de eenheidsmunt nog te redden?

Ja, ik denk dat de euro nog kan worden gered. Dat hangt een beetje af van de bereidheid van alle betrokkenen om eindelijk een duurzaam kader voor de eurozone op poten te zetten. Tijdens de laatste top [de Europese Raad van 28 en 29 juni] hadden wij ’s nachts tijdens een vergadering overeenstemming bereikt en de volgende ochtend zeiden twee regeringen: “Maar dat hadden we niet zo bedoeld”. Zulke incidenten zijn rampzalig. Wij vormen een sterke economische zone, met een sterke munt en zeventien regeringen. Dit kan zo niet doorgaan.

Nieuwsbrief in het Nederlands

De eurocrisis is tijdens 25 topbijeenkomsten onderwerp van gesprek geweest. Er zijn, maar alleen in naam, “historische besluiten” genomen. De burgers zijn boos en ontevreden omdat de Europese regeringen hardnekkig de huidige status-quo blijven koesteren. Wat wilt u tegen de Europese burgers zeggen zodat hun geloof in Europa niet helemaal verdwijnt?

Ik probeer mij vooral met een positieve boodschap tot de Europese burgers te richten. Een boodschap die luidt dat wij heel sterk zijn, als wij dat willen en als wij samenwerken. En dat als we niet willen samenwerken, als we in losse onderdelen uiteenvallen met Duitsland als grootste en Malta als kleinste land, wij de speelbal zullen worden van de belangen van de andere regio’s op onze planeet. We hebben het vaak over “opkomende” landen als Brazilië, Zuid-Afrika, India en China. Ik hoop dat over Europa binnenkort niet van ‘afzakkende’ landen wordt gesproken. Om dat te voorkomen, hebben we een sterk en verenigd Europa nodig. Het probleem ligt niet bij de instellingen. Het punt is dat de regeringshoofden, van de eurozone maar ook van alle 27 lidstaten, geen eenheid willen vormen. Dat heeft te maken met de ideologische confrontatie die in de Raad gaande is. Enerzijds heb je het standpunt dat wordt belichaamd door Duitsland, maar ook Nederland, Finland en andere landen (“Wij betalen niet voor hen”), en anderzijds leeft de gedachte dat onze problemen uitsluitend door een bundeling van de schulden kunnen worden opgelost, wat eveneens een overdreven voorstelling van zaken is. Maar als we er niet in slagen een brug tussen deze beide visies te bouwen en een solide compromis te bereiken, gaan we donkere tijden tegemoet. Dat wil ik tegen de kiezers zeggen.

U wilt van het Europees Parlement een instelling maken die de Raad van staatshoofden en regeringsleiders het hoofd kan bieden. Wat zou er beter in Europa gaan, wanneer het Parlement het voor het zeggen had?

Wij handelen op grond van duidelijke meerderheden. Ik zal u drie voorbeelden geven. Twee jaar geleden wenste het Parlement om een investeringspact ter hoogte van 1 procent van het bbp van de eurozone en presenteerde een voorstel daartoe. Het voorstel werd [door de Raad] verworpen. Vorig jaar keurde het Parlement de belasting op financiële transacties goed met 570 stemmen. Zo'n meerderheid, die door alle fracties heen liep, had ik nog nooit eerder meegemaakt. Ook dit voorstel werd verworpen. En twee jaar geleden sprak het Parlement zich met een overweldigende meerderheid uit voor een bankunie. Ook ditmaal werd zijn voorstel van tafel geveegd.

En nu, na 24 maanden, besluit de Europese Raad zelf tot een bankenunie, een belasting op financiële transacties en een groeipact van 1 procent. En dan verwacht hij ook nog loftuitingen aan zijn adres! Dit zijn dus allemaal ideeën die het Parlement al veel eerder heeft voorgesteld en die de staatshoofden en regeringsleiders in hun arrogantie hebben afgewezen. Daardoor hebben we twee jaar verloren. Kort samengevat: het Parlement handelt, de regeringsleiders helaas niet.

Dat elke vijf jaar de opkomst bij de Europese verkiezingen verder terugloopt, doet bij niemand de alarmbellen rinkelen. Wat kunnen we doen om ervoor te zorgen dat de Europese burgers de verkiezingen niet langer aangrijpen om zich op hun nationale regeringen af te reageren?

Ik denk dat er bij de volgende Europese verkiezingen voor het eerst kandidaten zullen zijn die hun politieke stroming in heel Europa vertegenwoordigen. Socialisten, conservatieven, liberaal-democraten, Groenen, enz. zullen allemaal een kandidaat naar voren schuiven voor het voorzitterschap van de Commissie.

Dit alles zal leiden tot een verkiezingsstrijd tussen programma’s en personen. En dan gaat het niet langer om de nationale regeringen, maar om de vraag of links of rechts Europa zal regeren.

Categorieën
Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!