In de vroege ochtend van 9 december was Hongarije met Groot-Brittannië het enige land dat het EU-akkoord niet steunde. Maar nog diezelfde middag stelde Premier Orbán zijn koers bij. De reden die hij hiervoor naar buiten bracht was: “*H*et parlement moet uitmaken of het zich wil scharen achter het akkoord van de eurolanden, want het gaat hier om nationale soevereiniteit.”
Het Hongaarse dagbladNépszabadság benadrukt dat nationaal belang er uiteindelijk voor heeft gezorgd dat Orbán op het laatste nippertje van jas verwisselde. Door de pro-Europese oppositie de kans te geven het akkoord voor grotere begrotingsdiscipline te steunen, “wil Orbán de verantwoordelijkheid van de bezuinigingen met haar delen”. Tegelijkertijd zou dit een buitenkans voor de premier kunnen zijn om zich af te scheiden van de extreemrechtse Jobbik-partij die de regering in het Hongaarse parlement steunt, maar niet achter het EU-akkoord staat.
Het rechtse weekblad Heti Válasz valt met ongebruikelijk harde taal uit naar de regering: “Het lijkt erop dat Orbán dezelfde fouten maakt als de voorgaande socialistische regeringen die als onsamenhangend en ondeskundig bestempeld werden“. Volgens het weekblad zorgt de huidige inconsistentie voor verlies van geloofwaardigheid van de regering-Orbán, “zij kan niet meer serieus genomen worden”.