Het rapport van Rui Tavares over de situatie van de mensenrechten in Hongarije, dat in juli is aangenomen door het Europees Parlement, was in het geheim voorbereid door een groep Hongaarse socialistische Europarlementariërs waartoe ook de voormalig minister van Buitenlandse Zaken Kinga Göncz behoort. Dat meldt de regeringsgezinde krant Magyar Hírlap.
Aanleiding voor deze bewering is een interview met József Szájer, lid van de Fideszpartij van premier Orbán en vicevoorzitter van de conservatieve PPE-groep in het Europees Parlement. Szájer zegt daarin:
het rapport-Tavares kan beter het rapport-Göncz worden genoemd. Zelfs als de leugen duizend keer wordt herhaald, dan is het nog niet de waarheid.
Nieuwsbrief in het Nederlands
Szájer bekritiseert ook “Cohn-Bendit en de banken”. Zij hebben volgens hem:
bewust als eerste het gezag van het land aangevallen om hun zielige financiële doelen te halen. Hongaarse sociaal-liberale partijen hebben buitenlandse hulp gezocht, maar dit is een strijd waarin onafhankelijkheid en zelfbepaling van het land op het spel staan.