“Bijna 9 miljoen Roemenen hebben duidelijk tegen president Băsescu gezegd dat hij niets meer in het Cotrocenipaleis heeft te zoeken”, schrijft Jurnalul Naţional. “Natuurlijk zal hij er terugkeren, maar hij moet nu over het hek springen, als een valsspeler”. Deze Roemeense krant, die dicht bij de coalitiepartij USL van premier Ponta staat, voert verschillende oorzaken aan voor het tegenstrijdige verkiezingsresultaat:
De Hongaarse premier, Viktor Orbán, heeft het zich gepermitteerd de 1,5 miljoen Roemeense burgers [van Hongaarse afkomst, red.] op te roepen zich van stemming te onthouden. […] Het ongepaste gedrag van een aantal Europese hoogwaardigheidsbekleders [die afwijzend reageerden op wat zij een ‘staatsgreep’ noemden] heeft een eurosceptische stroming in het land veroorzaakt. […] De cohabitatie [een door de kiezer afgedwongen samenwerking tussen een president en een premier uit tegenovergestelde politieke kampen, red.] met president Băsescu was onmogelijk, het politieke bedrog zal snel voorbij zijn. Waarschijnlijk ruimschoots voor 2014 [het jaar waarin de eerst volgende parlementsverkiezingen gepland zijn, red.].
Het commentaar in România libéră heeft een andere toon. Deze krant maakt zich vooral veel zorgen over de toekomst:
De nietigverklaring van het referendum lost de politieke crisis niet op, maar maakt haar alleen maar erger. Wat ons nu te wachten staat zijn dagen vol spanning, demonstraties op straat en, zeer waarschijnlijk, nieuwe pogingen van links om Băsescu de laan uit te sturen. Met als bonus politieke en economische instabiliteit in het land.
*Adevărul***wijst er ook op dat het IMF op 31 juli in Boekarest arriveert voor “een evaluatie van de problemen die het politieke schandaal teweeg heeft gebracht”. Sinds het begin van de politieke crisis heeft de leu 7 procent verlies geboekt ten opzichte van de euro.**
Maar waar het uiteindelijk op neerkomt, betreurt betreurtGândul, is dat de Roemeense democratie als grootste verliezer uit de stembus is gekomen.
De democratie is het slachtoffer geworden van een groepsverkrachting. Allereerst door premier Ponta en door interim-president Antonescu, die met man en macht - en op het randje van wat wettelijk is toegestaan- de president hebben geschorst. Vervolgens door de president die de democratische grondslag van het referendum met voeten heeft getreden door op te roepen tot een boycot. En uiteindelijk door de bevolking zelf omdat zij geen respect heeft betuigd voor de grondslag van de democratie.