Kies een taal
De deuren van de Ford-fabriek in Genk zullen in 2014 definitief sluiten, zo meldde de plaatselijke directie op 24 oktober. De aankondiging heeft een golf van verontwaardiging in de Vlaamse pers teweeg gebracht, want meer dan tienduizend banen, in de fabriek en bij de toeleveranciers, zullen verdwijnen. In de Gazet van Antwerpen veroordeelt Paul Geudens het “onmenselijke” optreden van de Amerikaanse autofabrikant.
Lomp. Harteloos. Cynisch. Laf. Onbeschoft. Andere woorden zijn er niet te vinden voor de houding van de Europese directie van Ford. Ze had zelfs de moed niet om het doodvonnis te komen uitspreken in Genk. Een belediging zonder voorgaande.
De Vlaamse redacteur, die erop wijst dat de directie vorige maand nog een contract afsloot voor de productie van drie nieuwe automodellen, roept de Belgische vakbonden en politici op om:
Naar de rechter te stappen. […] Woordbreuk mag niet ongestraft blijven. En de tientallen miljoenen aan subsidies die Ford onterecht kreeg, moeten ook terugkomen. Die kunnen hier beter gebruikt worden voor reconversie dan in de fabrieken van Spanje of Duitsland.
Ook de hoofdredacteur van De Standaard, Bart Sturtewagen, vindt de doorvoering van de sluiting “weerzinwekkend”, maar tegelijkertijd roept hij in zijn commentaar de Belgen op om “de armen uit de mouwen te steken” en te stoppen met het aanwijzen van schuldigen:
Gaan we ook deze crisis verspillen aan steriele debatten die geen enkele job redden of scheppen? We stoppen eindeloos energie in het verdelen van mensen: werkgevers tegen werknemers, bankiers tegen belastingbetalers, […] links tegen rechts, Vlamingen tegen Walen. […] Waarom besteden we niet een tiende van de energie die daaraan verspild wordt, aan een doelgerichte zoektocht naar de meest beloftevolle bundel van maatregelen en beleidsopties? De mix die het snelst en duurzaamst inwerkt op onze concurrentiekracht?
1.500 kilometer ten zuiden van België valt op de voorpagina van het Spaanse dagblad ABC dezelfde foto te zien als op die van de Gazet van Antwerpen, alleen het onderschrift verschilt: “Ford verlaat België omwille van concurrentievermogen in Spanje”. De productie van de Ford-fabriek in Gent wordt namelijk verplaatst naar Almussafes, in de regio van Valencia.
De wereldwijde reorganisatie van Ford versterkt de positie van de Spaanse automobielindustrie. […] Voor het eerst sinds maanden plaatst Zuid-Europa zich voor Noord-Europa bij een beslissing die van groot belang is voor de industrie.
De beslissing van de Amerikaanse autofabrikant zorgt ervoor dat er in België ruim tienduizend banen verloren gaan, maar in Spanje komen er vijftienduizend bij, merkt ABC op.
De tranen van de arbeiders in Genk stonden gisteren in contrast met de opluchting in de Ford-fabriek Almussafes.[…] De nationalistische spanningen die België doen opschudden zullen niet voorbij gaan aan de sluiting van Ford Genk, wiens modellen voor lagere kosten in Valencia geproduceerd zullen worden. […] Terwijl Spanje middenin een golf van reorganisaties en sluitingen zit, versterkt het land zijn positie in de Europese auto-industrie waar het, na Duitsland, de tweede plaats bezit. De sector beslaat tien procent van het Spaanse bbp en is goed voor 300 duizend banen.
La Libre Belgique brengt in herinnering dat in 1997 Renault besloot zijn fabriek in Vilvoorde te sluiten en dat Opel (General Motors) in 2010 Antwerpen verliet. Het Franstalige dagblad vraagt zich af of er misschien sprake zou zijn van “een Belgische ziekte”:
De sluiting van Ford Genk zou te wijden zijn aan de hoge salarissen in België (40,60 euro per uur) […] het hoogste in de EU in 2011 en twee keer zo hoog als in Spanje (22 euro per uur).
In een interview met het dagblad stelt econoom en topman bij de ING Peter van Houte dat “dit probleem van de hoge kosten in België negeren, is net doen alsof je neus bloedt. […] Maar je alleen op die kosten focussen, is ook niet goed.”
De omvang van het land, politieke beslissingen of strategische perspectieven kunnen dit klimaat verklaren waar multinationals allergisch voor zijn. Uit het laatste concurrentierapport van de Wereldbank blijkt dat België van de 20e plaats in 2008 naar de 33e plaats in 2012 is gezakt. Terwijl andere Europese landen in dezelfde periode van positie zijn gestegen. Dit geldt bijvoorbeeld voor Spanje dat van de 62e naar de 44e plaats is geklommen.
