**De vraag is niet óf er veel lobbyisten zijn in Brussel, dat is gewoon zo. De meeste experts het erover eens dat er tussen de vijftien- en twintigduizend lobbyisten rondlopen in Brussel. Ook al zijn het er veel, de meest gehoorde reactie is: in Den Haag zijn ook veel lobbyisten, alleen is het daar verborgen. Brussel is daarentegen bewust opengegooid. Lobbyisten en belangengroepen worden uitgenodigd als expert om in een vroeg stadium mee te denken over wetgeving. De conceptwetten worden in een vroeg stadium openbaar gemaakt en aan iedereen voorgelegd, met het verzoek om commentaar. Dat klinkt allemaal reuze eng, maar er is ook iets voor te zeggen.
De Europese Commissie kan niet én een klein, efficiënt apparaat zijn én alles zelf weten en doen. Met andere woorden: de kennis van de industrie en buitenstaanders is noodzakelijk. Belangrijker nog is dat de Europese Commissie op die manier draagvlak, een achterban creëert. De betrokkenheid van de verschillende belangenorganisaties is dus een goede zaak, vinden voorstanders.
Maar de vraag is of er een level playing field is tussen de verschillende belangengroepen. Of een grote, rijke industrie net zo veel invloed kan uitoefenen als een kleine, armlastige waakhond. Volgens critici is dit bepaald niet het geval. “Acht op de tien keer wint degene met het meeste geld”, zegt Erik Wesselius van Corporate Europe Observatory. “Er zijn te veel voorbeelden van kapot geamendeerde rapporten, waar de opstellers uiteindelijk maar de handen vanaf trokken”. Hij noemt voorbeelden als het stoplichtsysteem om voedsel te labelen: groen voor gezond, rood voor ongezond. Maar uiteindelijk kwam het er niet van. “Dat had puur te maken met de gigantische weerstand vanuit de voedselindustrie”, zegt Wesselius.
In sommige sectoren is het evenwicht evident afwezig. “Citigroup zit in Brussel met veertig man”, zegt voormalig lobbyist Pim van Ballekom. Terwijl er nauwelijks sterke financiële waakhonden zijn. De krachtsverhoudingen zijn ook scheef in bijvoorbeeld retail, logistiek of voedselproductie. In andere sectoren, zoals milieu en mensenrechten, zijn NGO’s wel weer sterk vertegenwoordigd. En in de internetsector zijn kleine actiegroepen heel effectief, zoals onlangs bleek bij het verdrag dat piraterij [ACTA] probeerde aan te pakken. De grote industrieën (film, muziek) delfden het onderspit.**
Lees ook de eerste “Euromythe” : “Het zogenaamde democratische tekort”