Een militant van de Gouden Dageraad tijdens een meeting in Athene, 14 juni 2012.

Laten we het neonazisme bestrijden met ideeën

Het groeiende neonazistische geweld dat de extreemrechtse politieke partij Gouden Dageraad uitoefent wordt gevoed door een identiteitscrisis van een volk dat zwaar getroffen wordt door de economische crisis en door het machtsverlies van de politieke klasse. Het is tijd de ideologische strijd aan te gaan, stelt een Griekse politicoloog.

Gepubliceerd op 5 september 2012 om 15:05
Een militant van de Gouden Dageraad tijdens een meeting in Athene, 14 juni 2012.

De recente opkomst van een georganiseerd en gevaarlijk extreemrechts activisme (of liever gezegd: een neonazistisch activisme) is een nieuw gegeven in het openbare leven. De oorzaken van deze neonazistische opkomst worden toegeschreven aan de diepe economische crisis, en tot op zekere hoogte is dat terecht.

Als we echter de verschijningsvormen van dit rechtsextremisme nader bekijken, dus enerzijds hun gewelddadige aanzien en anderzijds een zeker mate van passieve maatschappelijke instemming die dit gewelddadige gedrag lijkt te genieten, dan zijn we verplicht om dieper te graven naar de oorzaken van dit fenomeen.

Een fenomeen dat op dit moment in geen enkel ander Europees land op die schaal voorkomt, omdat de grote extreemrechtse partijen zich daar allemaal zo gauw mogelijk van hun fascistische erfenis willen ontdoen. De Gouden Dageraad valt niet in die categorie.

Geweld staat in hun DNA geschreven

Ten eerste is het neonazistische geweld te wijten aan de beweging zelf. Voor Gouden Dageraad is het ‘krachtdadige optreden’ tegen diegenen die zij als vijand aanmerken geen oppervlakkige karaktertrek van hun persoonlijkheid en aanpak, maar staat dit in hun DNA geschreven. Daarom is het op zijn minst naïef om te denken dat deze organisatie zich geleidelijk zou ‘conformeren aan het systeem’.

Nieuwsbrief in het Nederlands

Hierdoor zijn deze ‘gewettigde’ maatschappelijke geweldsmethodes vooral de afgelopen jaren vrijwel overal ‘spontaan’ opdoken en raken ze wijdverspreid. Die geweldscultuur is het product van een geslaagde kruising: de ontbinding van het populistische sociale contract van na het kolonelsregime (vertegenwoordigingscrisis, sociale wetteloosheid, identiteitscrisis, legitimiteitsverlies van de staat) en de huidige demagogie en ‘provocaties’ van het buitenland en dreigingen van buitenaf (zoals migratie).

Vrije teugel in tijden van maatschappelijk verval

Zolang dit model zijn geld en geloofwaardigheid kon blijven verspreiden was het in staat om de wens naar macht van zijn individuen in bedwang te houden, maar nu, in tijden van maatschappelijk verval, geeft het hun de vrije teugel.

Daarom volstaat het niet te bidden dat het neonazistische geweld en, algemener, het bijbehorende wereldbeeld vanzelf verdwijnt, of door er plechtstatig aanklachten tegen in te dienen. Uit zichzelf zullen dergelijke methoden, hoe noodzakelijk ze in sommige gevallen ook zijn, geen antwoord bieden op de complexiteit van factoren die dit geweld veroorzaken en legitimeren.

De aanpak van het neonazisme vereist dat de staat opnieuw macht krijgt over de politieke klasse en de instituties die hun geloofwaardigheid zijn verloren en niet meer in staat zijn op een doeltreffende manier een antwoord te bieden op sociale en politieke problemen.

Nationaal migratiebeleid

Ten eerste vereist dit wetshandhaving wanneer de wet wordt omzeild. De politiek moet opnieuw in staat zijn om, voor zover mogelijk, de migratiestromen op democratische manier aan te pakken en te beheersen, iets wat feitelijk neerkomt op de aanpassing en verwezenlijking van een nationaal migratiebeleid. Door middel van een dergelijk kader krijgen zowel de onthulling van het weerzinwekkende gezicht van het neonazisme als de strijdlustige bestrijding ervan door de overheid hun volle belang.

Maar toch zal een dergelijke noodzakelijke heroriëntering van het beleid op zijn grenzen stuiten als die niet gepaard gaat met een ideologische strijd tegen deze neonazistische uitdaging. Dat is misschien wel het moeilijkste te vormen front tegen extreem rechts.

Want die extreemrechtse agenda bestaat in grote mate uit basale clichés van een tot op grote hoogte antiliberale en antiwesterse politieke cultuur: dat we een volk zijn dat langs alle kanten wordt bedreigd, dat we de plicht hebben om ons te verzetten tegen een nieuwe wereldorde, dat de globalisering wordt geregisseerd met de wereldwijde overheersing van het zionisme als doel, dat de elite ons verraadt, en zo verder.

‘Culturele onzekerheid’

In tijden van economische crisis en verminderde bedrijvigheid hebben xenofobie, de samenzweringswereld waarin die broeit en het onomwonden antikapitalisme, die vaak samengaan met uitbarstingen van onbeteugeld kleinburgerlijk egoïsme en jeugdcriminaliteit, de neiging om trekken van algemeen verzet te vertonen. De oorzaken van het fenomeen doen zich ook voor in andere Europese landen.

Huidige wetenschappelijke onderzoeken naar dit thema hebben de volgende vruchtbare probleemstelling opgeleverd: dat de factoren die extreem politiek en maatschappelijk gedrag stimuleren - vooral het extreemrechtse antisysteemgeluid - zich niet beperken tot het economische aspect van de crisis, maar gepaard gaan met culturele veranderingen zoals de angst voor het migratieprobleem, de verandering van de levenswijze en de vervaging van de nationale grenzen.

Het resultaat is dat diegenen die de crisis doormaken of zich erdoor bedreigd voelen een gevoel van ‘culturele onzekerheid’ hebben gekregen. En daarom in de versterking van de eigenheid en de nationale identiteit een antwoord zoeken op ‘bedreigingen’. Het Griekse voorbeeld lijkt deze identiteitscrisis op een extreme manier te illustreren.

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp