Volgens een rapport over ongelijkheid en armoede in de 34 lidstaten van de OESO, is Zweden het land waar de kloof tussen de hoge en lage inkomens het snelst groeit.
Zweden staat nog steeds in de top tien van landen waar de gelijkheid het grootst is en waar de afgelopen decennia de levensstandaard is blijven stijgen, maar, onderstreept Svenska Dagbladet onderstreept:
Niettemin wordt de kloof tussen arm en rijk in rap tempo breder. […] Zweden is het land waar de relatieve armoede sinds 1995 het sterkst is toegenomen [van 4 procent van de bevolking naar 9 procent]. Het land is daarmee gekelderd van de eerste naar de veertiende plaats, hoewel het onder het gemiddelde van de OESO-landen (11 procent) is gebleven.
Volgens het dagblad “is deze negatieve ontwikkeling de afgelopen jaren steeds beter voelbaar geworden”.
Vooral de zieken, werklozen en gepensioneerden zijn vandaag de dag slechter af zijn dan in 2006: hun uitkeringen zijn niet verhoogd en in bepaalde gevallen zelfs verlaagd, terwijl ze niet hebben geprofiteerd van de belastingverlagingen die door de regering-Reinfeldt zijn doorgevoerd.