Op 6 juni barstte het schandaal los rond de ex-werknemer van de CIA, die onthulde dat de Amerikaanse inlichtingendiensten op grote schaal telefoonnetwerken en het internet aftappen. Diezelfde dag zijn de Europese ministers van Justitie er op een bijeenkomst in Brussel niet in geslaagd overeenstemming te bereiken over een betere bescherming van persoonsgegevens, aldus het dagblad.
El País legt uit dat de Europese Unie, wier regels over deze materie dateren uit 1995, toen het internet nog nauwelijks bestond, een jaar geleden een initiatief heeft gelanceerd ter beperking van de toegang van overheden en ondernemingen tot de persoonsgegevens:
Ondanks het feit dat de Europese regels tot de meest beschermende ter wereld behoren, heeft de intrede van het internet in het dagelijks leven van de Europeanen – en met name de opkomst van de sociale netwerken – ervoor gezorgd dat deze regels nu achterhaald zijn. [Maar] de Europese Commissie heeft tot haar spijt geconstateerd dat er lidstaten zijn die bereid zijn nieuwe regelgeving te dwarsbomen, kort voordat de onthullingen in het dagblad The Guardian de urgentie aantoonden van een overeenkomst over een nieuw wettelijk kader.