Nieuws Europeaan van de week
Julian Gough in Berlijn

Hoe ik de Keltische tijger met argwaan aanschouwde

In de glorieuze jaren van de Keltische tijger leefde de Ierse schrijver Julian Gough, die nu in Berlijn woont, van weinig meer dan liefde en frisse lucht. Hieronder vertelt hij hoe hij sceptisch (en blut) bleef, terwijl de rest van het land zich liet meeslepen door de huizenkoorts (en daaraan uiteindelijk ten onder ging).

Gepubliceerd op 24 november 2010 om 11:32
A Swedish Tiger  | Julian Gough in Berlijn

Toen de welvaart in Ierland sterk groeide, moest je je best doen om geen geld te verdienen. Mij lukte dat omdat ik fictie schreef die niet populair was. Mijn geliefde lukte het ook; zij begon een loopbaan als kunstenares. Onze vrienden verdienden geld, wij maakten kunst. Dat was prima. Per slot van rekening is het voor een Ierse schrijver een heilige plicht om volledig uit de pas te lopen met Ierland.

Maar na de eeuwwisseling resulteerde die welvaartstoename in een vastgoedzeepbel ontdaan van elke vorm van realiteitszin. Al snel had de Irish Times een huizenbijlage die dikker was dan de krant zelf. Mijn vrienden begonnen steeds duurdere woningen te kopen. De schulden rezen de pan uit en de media noemden dat welvaart.

Als enige van de Ierse financiële journalisten gaf David McWilliams een heldere analyse van dit fenomeen. De econoom Morgan Kelly schreef een opzienbarend rapport waarin hij alle vastgoedzeepbellen in de geschiedenis ontleedde. Het bleek dat Ierland op alle fronten aan de criteria voor zo'n zeepbel voldeed. Dat was een slag in het gezicht van ons land. Ik stuurde het rapport aan al mijn vrienden. Ik woonde nog steeds in Galway, in het westen, maar zij waren allemaal verhuisd naar het kloppende hart van de Keltische tijger, Dublin.

Zij wilden het niet horen. Ik had ongelijk. Per slot van rekening werden zij rijker, terwijl ik alleen maar armer werd. Het hele land was in feeststemming, dus als je van een zeepbel sprak, kon je een agressieve reactie verwachten. De toenmalige Ierse premier Bertie Ahern bekritiseerde tijdens een televisietoespraak mensen als Kelly en McWilliams, omdat zij "al mokkend en jammerend aan de zijlijn staan". Verder zei hij: "Ik snap niet dat zulke mensen geen zelfmoord plegen." De massa lachte en applaudisseerde.

Nieuwsbrief in het Nederlands

Champagne werd gekocht alsof het pilsjes waren

Ondertussen kregen onze vrienden kinderen en kochten ze grotere woningen. Maar hun eerste huis hielden ze gewoon aan. Ik stond perplex. Gelden er bij het beleggen niet twee gouden regels, namelijk het spreiden van je risico's en het vermijden van het lenen van geld om daarmee te speculeren? Maar de Ierse banken adviseerden gewone werknemers om hun risico met twee torenhoge hypotheken te verdubbelen.

Een op de twee gesprekken ging nu over de huizenmarkt. In het weekend vertrokken mensen naar Bulgarije om daar een appartement te kopen. Onze plaatselijke veilingmeester adverteerde in zijn etalage met Portugese appartementen. Toch wilden mijn vrienden met mij niet langer over huizen of over de zeepbel praten; als ik het onderwerp ter sprake bracht, werden ze kwaad. Niet dat we elkaar nu zo vaak zagen.

Je begon je te voelen als een derdeklaspassagier van de Titanic die zag hoe een ijsberg het schip in lengterichting openreet en die naar boven naar de balzaal rende om de mensen te waarschuwen. Maar de mensen bleven gewoon dansen… En jij werd met zachte hand uit het vertrek verwijderd. Want als je in Ierland geen eigen huis had en geen geld verdiende, was je een derdeklasburger. Huurkosten, prijzen, het cocaïnegebruik... alles vertoonde een vrolijk stijgende lijn.

Op een keer, toen we in Bono's hotel verbleven, kregen mijn geliefde en ik een plotseling inzicht. Die avond zagen we hoe onze vrienden zonder enige gêne voor 90 euro per stuk, flessen middelmatige champagne kochten. Alsof het pilsjes waren. Iemand zei: "De rekening splitten we aan het eind van de avond wel even." Mijn geliefde en ik keken elkaar aan. Van de 10 euro die ons restte, hadden we elk een fles mineraalwater willen kopen, waarmee we het de hele avond moesten doen. We hadden namelijk een huurachterstand. We verontschuldigden ons, gaven onze 10 euro en vertrokken. Ongemerkt was Ierland een land van huisbazen geworden. En wij waren huurders.

Door de welvaartsstijging werd het ons te heet onder de voeten

Ik rondde mijn vreemde roman over het moderne Ierland af. De booswichten in het boek waren een projectontwikkelaar en een voormalige minister-president. Niemand wilde het uitgeven, heel begrijpelijk want het boek sloeg natuurlijk nergens op! In Ierland waren de huizen in tien jaar driemaal zo duur geworden. We waren rijk. Het verleden was passé en Ierland had gewonnen, dus moest je je kop houden.

Niet lang nadat het boek werd afgewezen, raakte ons geld op, werd onze dochter geboren en werden we uit ons huis gezet. Dat laatste gebeurde op nieuwjaarsdag 2006. Onze huisbaas, een exponent van de Keltische tijger, was een heel aardige vrouw, maar zij had een nieuwe hypotheek op het huis afgesloten om meer woningen te kopen. Ze kon het zich niet veroorloven de huur te verlagen; de huur was al bij lange na niet voldoende om de hypotheek af te lossen. Maar dat maakte niet uit, want de huizenprijzen zouden toch wel blijven stijgen.

We hadden nog steeds een paar goede vrienden, ook al zagen we ze nooit. Een stel dat in het bankwezen werkte, bood ons een huis in Dublin aan tegen de helft van de huurprijs. De welvaart bleef echter maar groeien en al snel konden we niet eens meer een halve huurprijs betalen. Een vriendin van een vriendin in L.A. bood ons kosteloos haar huis in een dorp in Frankrijk aan. We stapten in een vliegtuig van Ryanair, tegen betaling van 50 cent per persoon. We namen twee rugzakken mee, met daarin als waardevolste bezittingen een soeppan en een laptop. Ten tijde van de armoede en de werkloosheid hadden we het in Ierland kunnen uithouden. Maar met de enorme welvaartsstijging werd het ons te heet onder de voeten.

Het was een prachtig, klein huisje met de dichtstbijzijnde winkel op 4 km afstand. Met de kinderwagen gingen we daarheen, dwars door lavendel- en korenvelden. Terwijl Ierland het toppunt van zijn rijkdom bereikte, zaten wij platzak al zingend onder een eik te picknicken. Toen raakte een uitgever geïnteresseerd in mijn boek. We vonden een woning in het goedkope, failliete Berlijn, te midden van alle andere kunstenaars die geen cent te makken hadden. Een ambtenaar bekeek de belastingaangiften die we in Ierland tijdens de jaren van groei hadden gedaan. Ons inkomen lag ver onder het minimumloon, zelfs onder uitkeringsniveau. Hij floot en zei: "Sie leben auf Liebe und Luft."

Ze waren verloren en hadden dat niet in de gaten

Een jaar later won ik de BBC National Short Story Award, met een verhaal waarin Fianna Fáil, de grootste partij van Ierland, in aanvaring komt met de tovenaar van Oz. Mensen dachten dat het een komedie was. Ik werd uitgenodigd voor het belangrijkste praatprogramma van Ierland. Een verlengde limousine bracht ons van het vliegveld naar een fonkelnieuw vijfsterrenhotel, dat gebouwd was van de belastingvoordelen van projectontwikkelaars die Fianna Fáil steunden.

Toen ik die avond werd gevraagd waarom ik Ierland, het rijkste kleine land van Europa, had verlaten, vertelde ik hun het bovenstaande verhaal. En vervolgens zei ik dat de groei van de huizenmarkt slechts schijn was. Dat het was alsof een vreemde godsdienst het land overspoelde, waarbij mensen naar huizen wezen en zeiden: "Zie je dat huis? Dat is 5 miljoen euro waard." En ik zei dat dat niet klopte.

Het was stil in de zaal en er hing een ijzige kilte. Toen besefte ik dat alle aanwezigen een woning hadden gekocht en van plan waren er nog een aan te schaffen. Dat ze een hypotheek op hun huis hadden afgesloten om voor hun kinderen een woning te kopen die binnenkort bijna niets meer waard zou zijn. Ze waren verloren en hadden dat niet in de gaten. Een kwart van de bevolking zat me aan te staren. Volgens mij heb ik me nooit zo alleen gevoeld als op die avond.

Enkele malen per jaar bezoek ik mijn thuisland en ontmoet ik mijn vrienden, elke keer in een goedkoper restaurant. Ik ben nog steeds blut, maar ik kan nu wel mijn deel van de rekening betalen. Over huizen praten we nog steeds niet.

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp