Nieuws Midden en Oost-Europa
Vrouwen op een stembureau voor de Europese verkiezingen in Veresegyhaz, vlakbij Boedapest, op 7 juni 2009.

Naar de stembus, mensen!

Het gonst in de stembussen in Midden- en Oost-Europa: de komende maanden zijn er verkiezingen in Hongarije, Tsjechië, Slowakije en Oostenrijk, en Polen kiest in het najaar een nieuwe president. Vijf intellectuelen geven commentaar op de komende verkiezingen in hun eigen land.

Gepubliceerd op 31 maart 2010 om 15:05
Vrouwen op een stembureau voor de Europese verkiezingen in Veresegyhaz, vlakbij Boedapest, op 7 juni 2009.

Hongarije (parlementsverkiezingen op 11 en 5 april): links is uitgeteld

In Hongarije zijn verkiezingen een 'nationale sport' die de adrenaline doet stromen. De mensen kopen een krat bier en gaan samen voor de televisie zitten. Met dezelfde passie als bij Europacupwedstrijden volgen ze het verloop van de verkiezingen in de verschillende župa [provincies] en leveren commentaar. Verlies van de socialistische partij, die al acht jaar aan de macht is, lijkt onvermijdelijk. De stemverhouding tussen de grootste oppositiepartij, Fidesz [Hongaarse Burger Unie, een rechtsgeoriënteerde partij], en de extreemrechtse partij lijkt het kernpunt van de aanstaande parlementsverkiezingen. Momenteel gaat het zo slecht met links dat ze om stemmen moeten leuren. Ze gebruiken daarvoor het argument van het dreigende fascisme. Ze gaan enorm te keer zonder iets concreets te bieden en vragen zich af waarom de publieke opinie de pro-Europese houding van de socialisten en liberalen niet op waarde weet te schatten. Hoe het ook zij, de toekomstige winnaars beschikken over weinig speelruimte vanwege de gigantische schuldenlast van het rijk. Maar wie er ook als winnaar uit de verkiezingen komt, het maakt niet uit! Want met het oog op de twee avonden waarop de televisie de hele nacht door de telling van de stemmen en de aankondiging van de officiële resultaten uitzendt, staan de kratten bier al koud. Attila Pató (uitgever en hoogleraar filosofie aan de Universiteit van Pardubice en de University of New York te Praag).

Polen (presidentsverkiezingen, eind september-begin oktober): een kleine president en een grote regeringsleider

Over een jaar zou premier Donald Tusk wel eens meer macht in handen kunnen hebben dan alle Poolse politici die hem sinds 1989 voorgingen. Wie interesseert zich tegenwoordig nog voor de naam van de Duitse president? Niemand. Zo zal dat ook gaan in Polen, als Tusk, die eveneens leider is van het Burgerplatform (PO) dat momenteel aan de macht is, zijn plan tot uitvoering kan brengen. Zijn voortdurende onenigheden met de president van de Poolse republiek, Lech Kaczyński, die momenteel volgens de huidige grondwet het werk van de regering lam kan leggen, hebben hem ervan overtuigd dat hij nu een keuze moet maken: of hij wordt zelf president van Polen, of hij beperkt de macht van het staatshoofd. Hij lijkt voor de tweede oplossing te gaan. En volgens de opiniepeilingen zou hij de steun van voldoende parlementariërs hebben om de grondwet in die richting te wijzigen. Dan maakt het niet uit of Lech Kaczyński (en dat is niet uitgesloten) of een van de twee kandidaten van het Burgerplatform de presidentsverkiezingen winnen [de definitieve kandidaat van het Burgerplatform is Bronisław Komorowski geworden. Hij heeft 68, 5% van de stemmen gekregen, zijn rivaal Radosław Sikorski slechts 31, 5%] . Ze hebben alle drie op de meeste punten dezelfde mening: de rol van Polen in de Europese Unie en in de NAVO (versterken), invoering van de euro (maar zonder haast), de relatie met Rusland (gebrek aan motivatie), de 'zuivering' (jazeker, de vroegere leden van het communistische regime moeten worden aangegeven), het afzweren van het communisme (weg met het communisme!), de katholieke kerk (moet worden beschermd), abortus (liever verbieden), homo's (hoezo homo's?). Aleksander Kaczorowski (journalist en specialist Tsjechische taal en cultuur. Hij is hoofdredacteur en adjunct-hoofd van de Poolse editie van Newsweek).

Nieuwsbrief in het Nederlands

Oostenrijk (presidentsverziekingen op 25 april): Duitse herder(in)

Heinz-Christian Strache is de blauwogige jonge leider van de Oostenrijkse partij van de vrijheid (FPÖ). Hij heeft de fakkel overgenomen na de dood van de historische leider van deze populistische partij, Jörg Haider. En hij heeft een grote troef in handen. Hij heeft besloten zich kandidaat te stellen voor de volgende federale presidentsverkiezingen die op 25 april worden gehouden, verkiezingen die op zich niet erg belangrijk zijn. Barbara Rosenkranz vormt in haar eentje een uitdaging: zij komt uit nationalistische kringen. Als ze wordt gevraagd naar haar beroep zegt ze "huisvrouw", want ze heeft tien kinderen. Elk van haar kinderen draagt een naam van een Germaanse god. In de komende verkiezingsstrijd zou haar anti-Europese houding haar de steun moeten opleveren van de Kronen Zeitung, de meest gelezen krant in Oostenrijk. Een germanofiele moeder als tegenstander van de vertrekkende president Heinz Fischer? Dit eiland waar het allang niet meer louter rozengeur en maneschijn is, is omgeven door steeds troebeler wordende politieke wateren. Barbara Tóth (schrijfster en journaliste. Ze werkt voor het Oostenrijkse tijdschrift Falter).

Slowakije (parlementsverkiezingen op 12 juni): een 'Vancouverscenario'

De parlementaire verkiezingen zouden wel eens een nieuwe lente kunnen inluiden. De huidige premier, de populist Robert Fico – de gedoodverfde winnaar – moet immers andere coalitiegenoten zien te vinden dan de HZDS, de tegenwoordig sterk verzwakte nationalistische partij van Vladimír Mečiar. Zijn huidige coalitiegenoot krijgt waarschijnlijk geen enkele zetel in het parlement, in tegenstelling tot de ambitieuze nieuwe partij Vrijheid en Solidariteit (SaS) en twee partijen van de Hongaarse minderheid, die de kiesdrempel van 5% misschien net gaan halen. Op het politieke toneel wordt een 'Vancouverscenario' verwacht, net zoals bij het ijshockey op de Olympische Spelen: eerst de angst voor het ergste, vervolgens de hoop op onverwacht succes en uiteindelijk de resultaten waarover officieel verheugd moet worden gedaan maar waarover men eigenlijk alleen maar teleurgesteld kan zijn [Slowakije werd vierde, na de Verenigde Staten, Canada en Finland]. Juraj Kušnierik (adjunct hoofdredacteur van het Slowaakse weekblad žden).

Tsjechië (parlementsverkiezingen, 28-29 mei): einde van de hoogmoed

De twee markantste politieke persoonlijkheden in het moderne Tsjechië, Václav Havel en Václav Klaus, hebben lange tijd door hun charisma de werkelijke toestand van de Tsjechische maatschappij aan het oog onttrokken. Die werd pas duidelijk met de leider van de socialisten, de populist Jiří Paroubek, de mogelijke winnaar van de parlementsverkiezingen. De nationale elite gaat nu eindelijk, na de verkiezingen, de waarheid onder ogen zien: de meerderheid van de bevolking wil van het huidige niveau van samenwerking met het Westen af, dat wordt beschouwd als allesoverheersend. Ze willen geen Amerikaanse radar en ze willen niet dat er soldaten naar Afghanistan worden gestuurd. Ze willen liever dat het geld dat aan tanks en jachtvliegtuigen wordt besteed, wordt gebruikt voor beter eten in de kantines. De meerderheid van de bevolking heeft ook geen zin om te sparen voor de oude dag en ze willen bij de apotheek en de dokter niets uit eigen zak betalen. Ze hebben het gevoel slachtoffer te zijn en willen dat de elite voor hen gaat zorgen. Misschien dat de Tsjechische populisten er niet in zullen slagen hun kiezers het verhaal van "aardige tsaar die zorgt voor bábuška [Russische grootmoeders] en medailles" te verkopen. Maar ik vrees dat we veel meer lijken op het Slowakije van Fico dan we de laatste twintig jaar hebben willen toegeven. Petr Kamberský (journalist en commentator bij Lidové Noviny).

Tsjechië

Het rommelt aan de rechterkant

Negen weken voor de parlementsverkiezingen wordt politiek rechts in Tsjechië, gedoodverfd verliezer volgens de peilingen, geplaagd door ingrijpende veranderingen: de leider van de Democratische Burgerpartij (ODS), Mirek Topolánek werd gesommeerd om het leiderschap van de partij neer te leggen. De voormalige minister-president is door zijn partijgenoten ‘geroosterd’ als gevolg van een opeenstapeling van blunders en schandalen, waar hijzelf of de ODS bij betrokken waren. Hij werd vervangen door de nummer twee van de partij, Petr Nečas, die een stuk presentabeler is. Dat heeft de nieuwe concurrent op rechts, TOP 09, er echter niet van weerhouden om campagne te voeren met een poster die nog gericht is op Topolánek. De poster laat een röntgenfoto van de leider van TOP 09 zien, voormalig minister van Buitenlandse Zaken Karel Schwarzenberg, herkenbaar aan zijn beroemde pijp, met daarboven de leus "De minister-president moet transparant zijn". Op 30 maart presenteerde TOP 09 zijn verkiezingsprogramma. In de nationale peilingen staat deze partij op een vierde plaats. Volgens de Tsjechische krant Lidové Noviny werd er direct al kritiek geleverd op het programma door de ODS, meest waarschijnlijke partner in een mogelijke coalitie, en door de sociaal-democratische partij, die volgens de peilingen als winnaar uit de verkiezingsstrijd zal komen. Beide partijen beschuldigen TOP 09 van "rechts populisme" en doen de bezuinigingsvoorstellen in diens verkiezingsprogramma af als "antisociaal".

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp