De tijd is bijna op

Tot deze week dacht Madrid dat het tot de Griekse verkiezingen moest wachten alvorens hulp te krijgen om zijn nationale bankencrisis op te lossen. Maar nu neemt de paniek toe zonder dat er een eenvoudige oplossing in zicht is.

Gepubliceerd op 6 juni 2012

Het politieke klimaat rondom de euro is de afgelopen dagen bijna onmerkbaar veranderd. Eerst was er een zekere consensus die luidde dat Spanje, gevangen in het oog van de storm, vóór 17 juni - de datum van de tweede Griekse verkiezingen, nadat de eerste geen nieuwe regering hadden opgeleverd - niets te verwachten had. Nu overheerst echter de gedachte dat er ‘vóór die datum hoe dan ook iets moet worden gedaan’. Is hier sprake van paniek of van een simpele prognose?

Het meest in het oog springende symptoom van dit nieuwe klimaat was de videoconferentie die gisteren door de ministers van Financiën van de G7 werd gehouden. Het was een ongebruikelijke bijeenkomst die tot nog toe altijd de voorbode vormde voor gezamenlijke actie van de belangrijkste centrale banken. En dat zou vandaag eveneens kunnen gebeuren, de dag waarop ook de Raad van Bestuur van de Europese Centrale Bank (ECB) - de brenger van hoop voor degenen die oproepen tot heldere maatregelen om de eenheidsmunt te verdedigen - vergadert.

Twee tendensen

Wat Spanje betreft komen twee tendensen samen. Ten eerste, het absolute en stijgende wantrouwen van de markten ten aanzien van de houdbaarheid van de schulden van de overheid en de particuliere sector (banken). En ten tweede, een gevoel dat de eurozone (in dit geval Duitsland gezien de actuele discussies) bereid zou zijn actie te ondernemen om de catastrofe af te wenden die ons zou treffen als Spanje in een vrije val terecht komt. De effectenmarkten en valuta jojoën de hele dag op de geruchtenstroom die de balans naar de ene of de andere zijde doet doorslaan.

Het is tijd de brokken bij elkaar te rapen. Minister van Financiën Luis de Guindos wil dat de Spaanse bankensector geholpen wordt met Europees geld zonder daarmee interventie van de EU over zich af te roepen. Gebeurt dat wel, dan betekent dat het einde van het kabinet-Rajoy. De Spaanse bevolking zou een enorm offer moeten brengen en zich de dictaten van schuldeisers moeten laten welgevallen.

Nieuwsbrief in het Nederlands

Wurgcontract

Maar interventie zou vooral betekenen dat het land van de markten wordt uitgesloten. Spanje zou alleen nieuwe financiering of geld voor de aflossing van vervallen obligaties kunnen krijgen uit het Europese noodfonds, dat alle economische besluiten van de regering zou dicteren zonder enige mogelijkheid tot beroep.

De regering zou aan handen en voeten gebonden zijn. De belangrijkste aandeelhouders van dat fonds zijn de landen waarin zich de hoofdkantoren bevinden van de banken die immense bedragen aan hun Spaanse tegenhangers en de Spaanse staat hebben uitgeleend. De 'bailout' - een van de grootste eufemismen van de eurocrisis - komt neer op een wurgcontract. Dat zien we nu in Griekenland gebeuren.

Iedereen weet dat Athene van de zogenaamde noodhulp geen euro te zien krijgt. Bijna al het geld gaat rechtstreeks naar de schuldeisers - in dit geval het IMF, de ECB en de Europese Commissie.

Vanuit het standpunt van de schuldeiser liggen de zaken echter anders. Als alleen de banken die in problemen verkeren noodhulp krijgen, zou dat er uiteindelijk toe kunnen leiden dat de bilaterale onderhandelingen over de schulden van deze banken met hun crediteuren worden afgesloten. De zekerheid dat de verschuldigde gelden zullen worden terugbetaald, is dan echter minder groot dan wanneer de zaken echt grondig zouden worden aangepakt en de reddingsoperatie het hele land zou betreffen.

"De Men in Black zullen niet komen"

Als je luistert naar de beweringen van de Spaanse regering en naar wat de Duitse leiders in het openbaar zeggen, krijg je de indruk dat Duitsland Spanje de helpende hand biedt; maar als je leest wat de internationale pers en de EU-correspondenten schrijven, ontstaat het beeld dat vooral Angela Merkel en haar minister Wolfgang Schäuble er op uit zijn om ervoor te zorgen dat Madrid het complete pakket, ofwel een interventie met alles erop en eraan, accepteert. Ook Obama, Hollande en Barroso behoren tot degenen die Berlijn oproepen coulant te zijn.

Op 5 juni gaf de minister van Begroting Cristóbal Montoro met zijn gebruikelijke humor de best mogelijke samenvatting van de situatie waarin de Spaanse regering verzeild is geraakt: "De Men in Black zullen niet komen", was een grappige manier om de interventie te verwerpen. Hij moest echter ook toegeven dat de banken geld nodig hebben om schoon schip te maken. "De vraag is waar we dat kunnen vinden."

Deze laatste zin van Montoro zal vermoedelijk helpen te begrijpen waarom het klimaat op dit punt is veranderd, zoals we aan het begin al vaststelden. Spanje krijgt nauwelijks nog toegang tot de markten en zonder de hulp van de ECB en de eurozone zal het land het niet lang meer kunnen uithouden.

Bezien vanuit Polen

Angstig Europa

Madrid klemt zijn kiezen op elkaar en verzet zich uit alle macht tegen het ‘reddingspakket’”, schrijft het Poolse weekblad Tygodnik Powszechny. Ondertussen hebben de Ieren, die al internationale steun krijgen, “uit angst voor de toekomst en omdat ze bang zijn geïsoleerd te raken” vorige week via een referendum hun goedkeuring gegeven aan de ratificatie van het begrotingspact.

Spanje en Ierland zijn verenigd in angst. Over het algemeen is angst momenteel het gevoel dat in heel Europa overheerst. Het bevindt zich ergens tussen de maag en het hart en zorgt ervoor dat de ademhaling van tijd tot tijd stokt. De Grieken voelen het en dat geldt ook voor de Spanjaarden, de Britten en de Polen. Zelfs de Duitsers – die opgescheept zitten met de verantwoordelijkheid om heel Europa uit de crisis te redden – zijn hun geluksgen kennelijk kwijtgeraakt, en voelen het ook.

Deze angst zette de Ieren er de afgelopen vier jaar toe aan om zuinig aan te doen en te gaan sparen. En ook al zijn ze het goed zat, ze “zien geen andere uitweg uit de crisis”, schrijft het katholieke weekblad. De Spaanse premier Mariano Rajoy “houdt ondertussen koppig vol dat Madrid geen internationale hulp nodig heeft en voert een wanhopig gevecht om de geloofwaardigheid van zijn land in stand te houden. Zijn garanties lijken echter steeds minder overtuigend te worden.

De Spaanse regering mag er dan in geslaagd zijn om Bankia te redden, Tygodnik Powszechny vraagt zich af waar Spanje “meer dan 100 miljard euro” vandaan kan halen om het hele bankensysteem te redden.

De angst voor wat Spanje is overkomen, heeft zich al verspreid tot over de landsgrenzen – uiteindelijk is de Spaanse economie bijna twee keer zo groot als die van Griekenland, Portugal en Ierland samen.

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Related articles