Kies een taal
Het verdrag voor de oprichting van de Euraziatische Unie (EAU) tussen Rusland, Wit-Rusland, Kazachstan en Armenië is op 1 januari van kracht geworden, meldt Gazeta Wyborcza. Dankzij deze Unie wordt vrij verkeer van handelswaar, diensten, kapitaal en arbeidskracht tussen de deelnemende landen mogelijk. De Poolse krant benadrukt dat:
deze vrijheden nog verre van gegarandeerd zijn. Het vrije verkeer betreft voorlopig slechts de werknemers. De harmonisering van de wetgeving en het uit de weg ruimen van alle obstakels tussen de lidstaten zal pas in 2025 klaar zijn. De gezamenlijke geneesmiddelenmarkt wordt in 2016 opgericht, die voor elektriciteit in 2019 en die voor olie en gas in 2025. Deze unie is opgericht in een economisch moeilijke tijd voor Rusland. Het zal een belangrijke uitdaging voor Poetin worden, vooral omdat "Moskou in 2015 5,2 miljard dollar aan toegezegde hulp aan zijn bondgenoten moet uitgeven", preciseert de krant. Rusland is bereid deze prijs te betalen omdat het land "droomt van een terugkeer van de Sovjet-Unie en zijn invloed in de voormalige Sovjetzone wil versterken. Echter, zo legt de Russische politicoloog Andreï Piontkowsky in Gazeta Wyborcza uit:
de uiteenlopende belangen van de de EAEU-lidstaten zorgen voor permanente spanningen. Kazachstan en Wit-Rusland profiteren van de imperialistische wensen van Rusland en vragen om financiële ondersteuning. Maar geen enkel land heeft de intentie om zijn eigen soevereiniteit op te geven en zich te laten overheersen zoals in het Sovjet-tijdperk. De Unie zal een reus op lemen voeten zijn.
