Jeroen Dijsselbloem, de eurochirurg

Kan hij de monetaire Unie bij elkaar houden en een Grieks drama voorkomen? Hoeveel kans maakt hij op herbenoeming als voorzitter van de eurogroep? VN liep mee met Jeroen Dijsselbloem, die spannende tijden beleeft.

Gepubliceerd op 17 juni 2015 om 09:31

Het regeringsvliegtuig raast over de Oostzee, op weg naar Riga. Jeroen Dijsselbloem, voorzitter van de eurogroep, staart in de diepte, waar de Duitse kust voorbij trekt. In Letland wacht hem een cruciale vergadering van de eurogroep. Zullen zijn telefoontjes naar de Griekse premier Tsipras afgelopen week iets hebben opgeleverd? Hoe zal de flamboyante Griekse minister van Financiën Varoufakis zich straks gedragen? En weten de andere ministers hun geduld met de eigengereide Griek te bewaren of komt het tot een harde confrontatie? Er wordt een lichte Indische lunch geserveerd. Dijsselbloem zegt dat hij geen wonderen verwacht van de vergadering. "Meestal vallen er bij zulke informele bijeenkomsten geen grote beslissingen. Waarschijnlijk wordt het: mopperdemopper, klaagklaag, en dan gaan we verder." Maar helemaal gerust is hij er niet op. "Er kan altijd iets onverwachts gebeuren."

Al maanden zitten de onderhandelingen in de eurogroep muurvast. De nieuwe Griekse regering is er niet in geslaagd met een overtuigend hervormingsprogramma te komen, voorwaarde voor een Europese noodlening van 7,2 miljard, deadline: 1 juli. De Grieken blijven aandringen op versoepeling van de eisen, maar de andere Europese lidstaten willen daar niets van weten. Intussen komt de bodem van de schatkist snel in zicht. Als de Griekse regering niet meer aan zijn betalingsverplichtingen voldoet – en dat zou een kwestie van weken kunnen zijn – gaat Griekenland failliet en kan het land wegzakken in politieke chaos. De gevolgen daarvan voor Europa zijn niet te overzien. Aan Dijsselbloem de taak de onderhandelingen vlot te trekken en een politieke ramp te voorkomen.
Ook voor hemzelf begint de tijd te dringen. Half juli loopt zijn termijn als eurogroepvoorzitter af. De Nederlandse lobby voor zijn herbenoeming is begonnen, maar de Spanjaard Luis de Guindos loopt zich ook warm. Intussen heeft Dijsselbloem zijn handen vol als minister van Financiën in Nederland, waar het in april nog bijna tot een kabinetscrisis kwam. Lastige onderhandelingen over de nieuwe begroting zijn net begonnen. En tussendoor moet hij zich in de Kamer verantwoorden voor kwesties als de omstreden salarisverhoging bij de top van staatsbank ABN Amro. Hoe houdt Dijsselbloem al die ballen in de lucht? Slaagt hij erin de Monetaire Unie – inclusief de Grieken – bij elkaar te houden? Hoeveel kans maakt hij op een nieuwe termijn als voorzitter van de eurogroep? Wat is de methode-Dijsselbloem?

Verbijsterde gezichten

Met verbijsterde gezichten kijken de zeventien ministers aan de grote vergadertafel in de Nationale Bibliotheek in Riga elkaar aan. Net nog hebben ze van de Europese Centrale Bank, het IMF en de Europese Commissie gehoord dat de Griekse regering opnieuw nauwelijks hervormingsplannen heeft laten zien, maar nu beweert minister van Financiën Varoufakis dat er juist "enorme voortgang" is geboekt. "Onbegrijpelijk" vinden de anderen zijn betoog. Vooral de bewindslieden uit armere landen die zelf pijnlijke hervormingen hebben moeten doorvoeren, zoals Slovenië, Slowakije, Litouwen en Spanje, geven Varoufakis de wind van voren. Een van hen stelt zelfs dat het tijd is voor ‘Plan B’, waarmee hij suggereert wat niemand in de eurogroep tot nu toe openlijk heeft durven zeggen: dat Griekenland uit de Eurozone moet vertrekken. Varoufakis reageert woedend.
Tijdens de persconferentie na afloop rept Dijsselbloem met geen woord over wat er tijdens de vergadering is voorgevallen. Met een onbewogen gezicht zegt hij dat de eurogroep nog steeds gericht is op een akkoord met Griekenland. "Maar de tijd tikt. De verantwoordelijkheid rust op de schouders van de Griekse autoriteiten."
Die avond komt Varoufakis niet opdagen bij het galadiner voor de ministers en hun medewerkers in een kasteel even buiten Riga. De volgende morgen zit hij moederziel alleen aan het ontbijt in het Radisson Blu Hotel aan de rivier, waar ook Dijsselbloem verblijft.
De afwezigheid van zijn Griekse ambtgenoot bij het diner was hem niet opgevallen, zegt Dijsselbloem op de terugweg in het regeringsvliegtuig. "Maar als hij het bedoelde als een statement, ben ik er niet van onder de indruk. Ik ben niet geïnteresseerd in dat soort theatergedoe, maar alleen in concrete voorstellen waarmee de Grieken hun land uit het slop willen trekken. Als het zo doorgaat, komt het niet goed." Na de landing op Schiphol belt hij direct met Alexis Tsipras, de Griekse premier, om te redden wat er te redden valt.

Recht voor zijn raap

Ruim twee jaar staat Dijsselbloem nu aan het roer van de eurogroep. Zonder enige internationale politieke ervaring kwam hij plotseling terecht in het hart van de Europese politiek. Zijn voorganger als eurogroepvoorzitter Jean-Claude Juncker, veteraan in het Europese circuit, stond bekend om zijn wollige taalgebruik, onderonsjes in achterkamertjes en lange nachtelijke vergaderingen. Dijsselbloem pakt het sinds zijn aantreden heel anders aan. Vergaderingen laat hij zelden uitlopen. Lange betogen van collega-ministers kapt hij af. Hij hamert op het nakomen van afspraken. En hij hanteert directe, heldere taal.
Vooral aan het laatste moesten ze in Brussel even wennen. De openhartigheid van Dijsselbloem leidde tijdens zijn eerste grote beproeving, de aanpak van de crisis in Cyprus, zelfs tot internationale ophef. In maart 2013 bevestigde hij in een interview met de Financial Times dat een van de maatregelen om de Cypriotische crisis te bestrijden – dat ook de spaarders moeten meebetalen aan de redding van banken – een "blauwdruk" zou zijn voor andere Eurolanden. Onmiddellijk regende het verwijten: hij zou een "verbale bom" hebben laten vallen op de financiële markten. Dat bleek uiteindelijk wel mee te vallen, maar het voorval werd hem nog lang nagedragen. "Dijsselbloem kan tamelijk recht voor zijn raap zijn", zegt Peter Spiegel, chef van de Brusselse redactie van de Financial Times, die hem de opmerking over de blauwdruk ontlokte. "Hij sprak per ongeluk de waarheid. Dat is kenmerkend voor zijn stijl. Daarin is hij het tegenovergestelde van Juncker. Die zei ooit: als het lastig wordt, moet je liegen."
Afgelopen jaar leidde Dijsselbloems openhartigheid opnieuw tot een internationale rel, toen hij dezelfde Jean-Claude Juncker in het tv-programma Knevel & Van den Brink een "verstokt roker en drinker" noemde. Het citaat ging de hele wereld over. Juncker, die zich net kandidaat had gesteld voor het voorzitterschap van de Europese Commissie, zag zich gedwongen publiekelijk te verklaren dat hij "geen alcoholprobleem" zou hebben. De onberaden uitspraak zou Dijsselbloem zelfs een mogelijke positie als Eurocommissaris hebben gekost: toen Juncker tot voorzitter was benoemd, ging in de media het hardnekkige gerucht dat hij uit woede Dijsselbloems kandidatuur zou hebben geblokkeerd. "Dat hebben verschillende officials bevestigd", zegt Peter Spiegel, die geldt als een van de best ingevoerde correspondenten in Brussel. "Juncker heeft het geheugen van een olifant. Hij vergeet helemaal niets."
Dijsselbloem zelf meent dat zijn uitspraak de verhouding met Juncker niet blijvend heeft beschadigd. "Het was een ongelukkig grapje, waar Jean-Claude veel last van heeft gehad. Ik heb hem twee keer mijn excuses aangeboden. Eerst telefonisch, later bij een kopje koffie. Dan moet het ook klaar zijn, je kan wel bezig blijven." Inmiddels, zegt Dijsselbloem, heeft hij een "prima relatie" met Juncker. "We bellen bijna wekelijks om af te stemmen wat we zeggen over Griekenland. Iedere keer als ik hem ontmoet, omhelst hij me en krijg ik natte zoenen." Grijnzend: "Al schijnt hij dat bij iedereen te doen."

Nieuwsbrief in het Nederlands

Eurogroep nog nooit zo eensgezind

Achteraf heeft Dijsselbloem er geen spijt van dat de post in de Commissie aan zijn neus voorbij ging. "Die kandidatuur was onderdeel van onze strategie. Op dat moment was niet duidelijk of ik voorzitter van de eurogroep kon blijven, omdat verschillende landen er een permanente functie van wilden maken. Onze inzet was: dat kan alleen als Dijsselbloem een topfunctie in de Commissie krijgt. De uitkomst was veel beter dan we hadden verwacht. Ik ben nog steeds voorzitter van de eurogroep, en Frans Timmermans heeft na Juncker de belangrijkste positie in de Commissie gekregen."
Wie zich staande wil houden in de Brusselse arena moet het politieke spel tot in de finesses beheersen. Aanvankelijk werd er alom aan getwijfeld of de onervaren Dijsselbloem wel opgewassen zou zijn tegen zwaargewichten als zijn Duitse collega Wolfgang Schäuble en de Spanjaard Luis de Guindos. De voorzitter van de eurogroep heeft te maken met tegenspelers van zeventien nationaliteiten, met grote cultuurverschillen, nog grotere ego’s, oude vetes en verborgen agenda’s. In vaak gebrekkig Engels moet het bonte gezelschap tot overeenstemming zien te komen. Alle beslissingen worden in feite in unanimiteit genomen, zodat degene die het hardst ‘nee’ roept, grote invloed kan hebben. Dan moet Dijsselbloem als voorzitter zien te beoordelen of het een tactisch ‘nee’ is – bedoeld voor een betere onderhandelingspositie – of een ideologisch en onwrikbaar ‘nee’. Volgens Brusselse insiders krijgt Dijsselbloem dat spel steeds beter in de vingers. "Zijn grootste verdienste," zegt ook Peter Spiegel, "is dat de eurogroep nog nooit zo eensgezind is geweest als onder zijn voorzitterschap."
Die eensgezindheid staat of valt bij Dijsselbloems relatie met Wolfgang Schäuble, de minister van Financiën die niet alleen het rijkste en machtigste land in de Unie vertegenwoordigt, maar ook tientallen jaren ervaring in de Europese politiek met zich meedraagt. Hij was al betrokken bij het Verdrag van Maastricht in 1992, toen de Monetaire Unie werd opgericht. Het is Schäuble die van meet af aan heeft gehamerd op begrotingsdiscipline, en die de zuidelijke landen ervan langs geeft als ze niet aan hun verplichtingen voldoen. De laatste tijd laat hij voortdurend merken dat zijn geduld met de Grieken op is geraakt. Hij is de man die de voorzitter van de eurogroep kan maken en breken.
December 2012. Tijdens de derde bijeenkomst van de Europese ministers van Financiën die Dijsselbloem als bewindsman meemaakt, hoort hij dat Wolfgang Schäuble, de Franse minister Pierre Moscovici, ECB-president Mario Draghi en Eurocommissaris Michel Barnier in een apart kamertje met elkaar zitten te overleggen over de vorming van een BankenUnie. Plompverloren stapt hij er binnen. Ze kijken stomverbaasd op: wie denkt die jonge Hollander wel niet dat-ie is? – maar ze sturen hem niet weg. Uit een andere kamer moet een stoel voor hem worden gehaald. Uren later zit hij er nog, mee te praten over de bestrijding van de crisis en de redding van de Monetaire Unie. In de weken erna wordt vanuit het Duitse kamp het gerucht verspreid dat Dijsselbloem een geschikte opvolger van Juncker zou kunnen zijn. Dijsselbloem tikt op zijn voorhoofd als hij er van zijn medewerkers over hoort: hij weigert te geloven dat het een serieus idee is. Maar bij de eerstkomende vergadering wijst Wolfgang Schaüble hem persoonlijk aan als favoriete kandidaat. De anderen hebben geen bezwaren. Alleen de Spanjaarden, die liever Luis de Guindos op die post hadden gehad, stribbelen tegen. Een paar weken later kan hij beginnen.

Duitser op klompen

"Wolfgang Schäuble heeft Dijsselbloem uitgevonden", zegt een van de medewerkers van de Duitse minister. "Hij heeft een bijna vaderlijke relatie met hem." Zo voelt Dijsselbloem het zelf ook. "Schäuble is een raspoliticus. Hij is een fantastische onderhandelaar. Als je hem leert kennen, is hij ook heel geestig. Hij schept er een sardonisch genoegen in mensen op de kast te jagen, altijd met zo’n glimlachje. Hij is een ondeugende man."
De goede relatie tussen de twee kent ook een keerzijde: vanaf het moment dat Dijsselbloem op voordracht van Schäuble tot voorzitter werd benoemd, staat hij vooral in de zuidelijke landen te boek als slippendrager van de oppermachtige Duitsers. Terwijl het zuinige Nederland sowieso al de naam heeft Duitslands trouwste bondgenoot te zijn in het handhaven van de heilige begrotingsregels. In de media wordt hij "Schäubles lakei" genoemd, en "een Duitser op klompen".
Maar volgens ingewijden gaat Dijsselbloem af en toe wel degelijk tegen de Duitsers in. Zo besloot hij in januari meteen na de verkiezingsoverwinning van het radicaal-linkse Syriza naar Athene te reizen – tegen de zin van Schäuble. Een publicitair succes werd het niet. Toen Dijsselbloem een persconferentie gaf samen met Yanis Varoufakis, de kersverse minister van Financiën, stak die totaal onverwacht een tirade af tegen de trojka, de in Griekenland gehate onderhandelaars van IMF, ECB en Europese Commissie. De camera’s legden vast hoe Dijsselbloem tijdens het betoog verstoord opkeek en na afloop een half mislukte hand gaf aan Varoufakis terwijl hij hem een boze opmerking in het oor siste. De commentaren luidden dat de verhoudingen tussen Dijsselbloem en de nieuwe Griekse regering meteen al waren verpest.
In de Duitse politieke top werd het eigenmachtig optreden van de eurogroepvoorzitter opgevat als een nieuwe uitglijder. "Toen hij begon werd Dijsselbloem gezien als Leichtmatrose auf der Brücke", zegt Markus Ferber, aanvoerder van de CSU in het Europarlement en ondervoorzitter van de machtige Commissie Economische en Monetaire Zaken. "Hij heeft zich sindsdien bewezen als een kundige voorzitter. Maar in dit geval was hij weer een lichtmatroos. Schäuble heeft het hem expliciet afgeraden, maar hij is toch zonder enig mandaat naar Athene gegaan. Zijn bezoek heeft tot een flinke verstoring in de verhoudingen geleid."

"Hij weet alles"

Dijsselbloem reageert geïrriteerd op de kritiek. "Natúúrlijk was het eigenmachtig optreden. Ja sorry hoor, ik heb als voorzitter van níemand een mandaat nodig om kennis te maken met nieuwe collega’s. En ik keek niet verstoord om wat Varoufakis zei, want ik kon het niet eens verstaan. Ik probeerde via de koptelefoon de vertaling te volgen, die met enorme vertraging doorkwam, alsof de tolk zelf in Thessaloniki zat." Wat hij Varoufakis toesiste, wil Dijsselbloem nog steeds niet zeggen. "De boodschap was: ik vond het niet handig van hem."
Dijsselbloem is het gezicht van de eurogroep, maar het leeuwendeel van zijn werk vindt plaats achter de schermen: besloten vergaderingen, telefoontjes met collega’s en politieke leiders. Daarbij leunt hij op zijn staf in Brussel – de ambtelijke ‘Working Group’ onder leiding van de Oostenrijker Thomas Wieser – en een klein groepje topambtenaren op zijn eigen ministerie. Zijn steun en toeverlaat is de door de wol geverfde thesaurier-generaal Hans Vijlbrief, die Dijsselbloem vergezelt op vrijwel al zijn buitenlandse reizen. "We trekken dag en nacht met elkaar op", zegt Vijlbrief. "Toen Jeroen begon, vroegen sommige mensen zich af of hij wel goed genoeg thuis was in de materie. Maar hij heeft zich ongelooflijk snel ingewerkt. Ik heb nog nooit zo’n ijverige minister meegemaakt. Hij weet alles. Hij kent ieder detail."
Volgens Thomas Wieser blijft Dijsselbloem altijd kalm, hoe lastig de ministers in de eurogroep het hem ook maken. "In het oog van de orkaan is het altijd rustig", zegt de topambtenaar. "Ik heb Jeroen nog nooit kwaad zien worden. Hij heeft een eindeloos geduld. Hij is net een specht die een gat hakt in een eik. Dát is de methode-Dijsselbloem. Als er na de vijfde keer weer geen oplossing is, blijft hij het proberen."

In juni 2013 komen de ministers van Financiën bijeen in Luxemburg. Op de agenda: wie moeten er betalen als er een bank omvalt? De Duitsers, die bang zijn dat ze als rijkste land in de Eurozone tot in lengte van dagen voor de kosten opdraaien, willen dat eerst degenen met financiële belangen in een bank flink in de buidel tasten. De zuidelijke landen liggen dwars: ze zijn bang voor de stabiliteit in hun landen. Om half vier ’s nachts lopen Jeroen Dijsselbloem en Hans Vijlbrief terug naar hun hotel. In de stille straten discussiëren ze met elkaar over een oplossing. Al bekvechtend komen ze het hotel binnen. Vanuit de lift is de kamer van de één linksaf, die van de ander rechtsaf. Ze zien de deur van een strijkkamertje open staan. Er brandt geen licht. Daar gaan ze zitten om door te praten. Tegen het ochtendgloren zijn ze eruit: ze bedenken een slimme volgorde om aandeelhouders, achtergestelde obligatiehouders, senior obligatiehouders en grote depositohouders achtereenvolgens mee te laten betalen. Spaarders tot een ton blijven buiten schot. De volgende dag bespreekt Dijsselbloem het plan met Wolfgang Schäuble en de andere hoofdrolspelers. Kort daarna maakt Dijsselbloem bekend dat de eurogroep een 
principe-akkoord heeft bereikt.

Grasmaaien

Met zijn kennis van details en creatieve ideetjes dwingt Dijsselbloem volgens Brusselse insiders respect af bij veel van zijn collega’s in de eurogroep. Zelf zegt hij dat het hem ook helpt zijn onzekerheid te bedwingen: "Dat had ik als Kamerlid ook al: ik wil alles weten, ik wil elk dossier beheersen. Anders ga ik onzeker de vergadering in. Dan stelt iemand iets voor en ben ik bang dat ik het niet begrijp."
Voor een control freak maakt Dijsselbloem een opvallend ontspannen indruk. Terwijl andere ministers in Riga de avond voor de lastige vergadering koortsachtig overlegden met hun ambtelijke staf, wandelde hij gearmd met zijn Gerda – ook de partners van de ministers waren uitgenodigd –het historische stadscentrum in. Op zijn nachtkastje in het Radisson Blu Hotel geen financiële stukken, maar het boek 'Baltische zielen' van Jan Brokken. Volgens Gerda is Dijsselbloem zich als minister en eurogroepvoorzitter in geen enkel opzicht anders gaan gedragen dan toen hij nog Kamerlid was. "In het weekend gaat hij nog steeds het liefst tuinieren", zegt ze. "De rozen knippen, gras maaien of aan het werk in de moestuin." Iedere dag voert hij nog altijd zelf zijn varkentjes, bij zijn boerderij in de uiterwaarden bij Wageningen. Tot voor kort had de chauffeur van de dienstwagen altijd schoensmeer bij zich omdat de minister steevast instapte met modderige schoenen. Tijdens het kerstreces legde Dijsselbloem eigenhandig een tegelpaadje aan naar de varkensstal, zodat hij tegenwoordig met schone schoenen naar Den Haag of Brussel kan vertrekken. In de auto leest hij zijn stukken, zodat hij ook nog tijd overhoudt om in de avonden samen met Gerda te kijken naar zijn favoriete televisieseries: Britse detectives, Gardner’s World op de BBC en: Boer zoekt vrouw.
Op zondag 5 april is Dijsselbloem tussen het tuinieren door bezig met de voorbereiding van het Kamerdebat later die week over de omstreden salarisverhoging van de top van ABN Amro. Er is net bekend geworden dat de bankbestuurders al een jaar eerder ieder een ton loonsverhoging hebben gekregen, ter compensatie van weggevallen bonussen. De oppositie eist dat Dijsselbloem zich komt verantwoorden: waarom heeft hij dat als grootaandeelhouder van de staatsbank laten gebeuren en heeft hij de Kamer bovendien niet eerder ingelicht? Dijsselbloem, die zelf tien jaar lang Kamerlid was, weet dat hij door het stof zal moeten om geen vervelende moties aan zijn broek te krijgen. In het debat van die donderdag legt hij uit dat hij de top van de bank dringend heeft geadviseerd van de loonsverhoging af te zien, maar dat hij het juridisch niet kon afdwingen. Hij wijst erop dat de Kamer zelf al onder zijn voorganger met het wetsvoorstel heeft ingestemd dat de compensatie mogelijk maakt. Maar hij geeft toe: "Ik ben tekort geschoten. Ik had de Kamer explicieter kunnen, en misschien moeten informeren." De oppositie neemt er genoegen mee, zonder kleerscheuren verlaat Dijsselbloem het debat.
Achteraf zegt hij: "De Kamer wíst gewoon van die salarisverhoging. Ik heb al veel eerder uitgebreid in de Kamer verteld dat de top van ABN-Amro er twee jaar vrijwillig van heeft afgezien. Maar die boodschap is kennelijk niet aangekomen. Ik had dus nóg explicieter moeten zeggen (hij maakt een roeptoeter van zijn handen): “Dames en heren, dit betekent dus dat de top van ABN Amro straks wél een ton extra krijgt!”"
Het harde hervormingsbeleid dat de eurogroep onder leiding van Dijsselbloem uitdraagt, krijgt steeds heviger kritiek. "Het bankwezen is nog steeds te groot, te ingewikkeld, te machtig en te onderling verweven", zegt hoogleraar economie Bas Jacobs. "Nederland sloeg wel hard op de trom over strengere begrotingsregels, maar ging niet tekeer over de banken. In plaats daarvan zijn landen die in de problemen kwamen, gedwongen te bezuinigen en hervormen." In Griekenland dreigt dat beleid volgens Jacobs uit te lopen op een groot drama. "Natuurlijk, er valt de Grieken veel te verwijten, maar de eurogroep is zo gevangen in dat schuld-en-boete-verhaal dat ze niet meer rationeel nadenkt. Hoe harder je Griekenland dwingt tot het terugbetalen van de leningen, hoe groter de kans dat je uiteindelijk helemaal niets terugkrijgt. Intussen wordt de situatie in Griekenland steeds uitzichtlozer."
Ook de Vlaamse topeconoom Paul de Grauwe vindt dat het bezuinigingsbeleid van de eurogroep de economie in Griekenland volledig heeft ontwricht. "Ik pleit het Griekse politieke systeem absoluut niet vrij, maar dat betekent niet dat zo’n land moet doodbloeden. Griekenland heeft te veel schuld op zich genomen, maar de noordelijke landen hebben te veel geld uitgeleend. Dijsselbloem heeft de belangen van de crediteuren helpen doorduwen." Ook hij waarschuwt voor de gevolgen als de eurogroep haar harde opstelling ten opzichte van de Grieken volhoudt. "De eisen die ze opgelegd krijgen, zijn voor veel Grieken moeilijk te slikken. Er wordt alles aan gedaan om dat land te vernederen. Men moet niet verwonderd zijn als er een politieke explosie komt."

Zuinige, stijfkoppige Nederlander

Pikant genoeg vindt ook Paul Tang, oud-fractiegenoot van Dijsselbloem en huidig leider van de PvdA in het Europarlement, dat de eurogroep zich te veel richt op eenzijdig bezuinigen en hervormen. Eerder verzette Tang zich in Nederland tegen de bezuinigingsdrift van het kabinet dat hij ‘de firma list en bedrog’ noemde. "Jeroen is perfect getypecast als minister van Financiën, met zijn brilletje en zuinige mondje. Zo staat hij ook in Europa bekend: de zuinige, stijfkoppige Nederlander. Maar hij maakt zich ook sterk voor structurele hervormingen, dan is hij de moralist zoals we hem kennen." Laatst kwam Dijsselbloem naar het Europarlement voor een bijeenkomst met de sociaaldemocraten, zegt Tang. "Daar vertelde hij kalm zijn verhaal over structurele hervormingen, en hoe de welvaart van Europa kan stijgen. Dat deed hij knap. Maar die bredere visie zou hij wel vaker mogen uitdragen."
Dennis de Jong, leider van de SP-delegatie in het Europarlement, zegt best te begrijpen dat Dijsselbloem niet in zijn eentje de koers in de eurogroep kan bepalen. "Maar hij stelt zich louter op als rekenmeester. Als sociaaldemocraat zou hij eigen ideeën over de sociale onrust in Europa moeten laten zien. De ruimte is beperkt, maar als hij vijf procent van zo’n eigen visie voor elkaar zou kunnen krijgen, is het al winst."
Philippe Lamberts, voorzitter van de Groene fractie, doet er nog een schepje bovenop. Hij noemt de voorzitter van de eurogroep een "liberaal in een socialistisch T-shirt" vanwege het harde hervormingsbeleid dat hij voorstaat, ook in het noodlijdende Griekenland. "In zijn optreden als voorzitter van de eurogroep heb ik nog nooit iets gezien dat níet neoliberaal is. Het begrip “sociale gerechtigheid” heb ik hem nog nooit in de mond horen nemen. Hij is een van mijn beste vijanden."
Zoveel kritiek als Dijsselbloem in Brussel en Straatsburg krijgt van de linkerzijde, zoveel lof komt er van rechts. "Dijsselbloem een liberaal in een socialistisch T-shirt?" zegt Markus Ferber, aanvoerder van de conservatieve CSU in het Europarlement en invloedrijk christendemocraat. Met ironische blik: "Ik ben blij dat ik daar precies hetzelfde over denk als mijn goede vriend Philippe. Dijsselbloem is zeer coöperatief. Hij doet andere dingen dan zijn sociaaldemocratische partijfamilie hier in het parlement. Die willen meer flexibiliteit voor Griekenland. Zijn beleid staat dichter bij dat van ons."
Esther de Lange, aanvoerder van het CDA-smaldeel en vicevoorzitter van de christendemocratische fractie: "Dijsselbloem is prettig pragmatisch. Hij is sociaaldemocraat, maar met oog voor het redelijke. Soms verzucht ik: was elke socialist maar zoals hij."

Geen ruimte voor idealisme

Dijsselbloem zelf meent dat hij geen ruimte heeft voor het idealisme waartoe zijn mede-socialisten hem oproepen. "Ik geloof sterk in stevige overheidsfinanciën. Sommige mensen vinden dat rechts, ik niet. Als voorzitter ben ik niet aangenomen om de boel te laten ontsporen, maar om oplossingen te zoeken die ergens toe leiden. Als je het als voorzitter van de eurogroep goed wilt doen, moet je je politieke kleur afleggen. Als ik zware ideologische verhalen ga houden, bereik ik helemaal niks. In Europa moeten we geen grote sprongen voorwaarts willen maken, maar op zoek gaan naar zinvolle kleine stappen." Hij ziet het als zijn belangrijkste opdracht om de Grieken nu alsnog tot hervormingen te bewegen. "Als Griekenland failliet gaat, betekent dat een armoedeval voor de hele Griekse samenleving. De spaartegoeden van de mensen zijn dan in één klap zwaar gedevalueerd, maar de schuldenberg blijft bestaan. Voor Griekenland zou dat een drama zijn."
Als Dijsselbloem op 25 april na terugkomst uit Riga Alexis Tsipras aan de telefoon krijgt, legt hij uit dat ze zo niet verder kunnen. Er is veel te weinig voortgang. De onderhandelingen met Griekse ministers en ambtenaren zijn ongestructureerd, versnipperd en ongecoördineerd. Hij dringt erop aan dat Tsipras zelf de touwtjes in handen neemt.
Twee weken later, na afloop van de volgende vergadering van de eurogroep in Brussel, verklaart Dijsselbloem tijdens de persconferentie dat er voor het eerst in maanden voortgang is geboekt. Wat in Riga nog een hopeloze onderneming leek – een akkoord met Griekenland voor 1 juli om het land van het faillissement te redden – zou misschien toch nog kunnen slagen. "Er zijn nog grote verschillen te overbruggen", zegt hij, "maar de onderhandelingen verlopen efficiënter en constructiever."
Intussen komt ook het einde van Dijsselbloems eerste termijn steeds meer in zicht. Officieel is hij nog steeds geen kandidaat [op 5 juni heeft hij zich officieel kandidaat gesteld, red.], maar de lobby voor zijn herbenoeming is op gang gekomen. In de slipstream van zijn bezoeken aan Parijs, Berlijn en Rome is zijn mogelijke kandidatuur de afgelopen weken subtiel ter sprake gebracht. Zijn kansen lijken te groeien. Volgens Brusselse analisten hoeft de steun die Angela Merkel vorig jaar al voor de Spaanse minister De Guindos heeft uitgesproken, helemaal niet te betekenen dat Dijsselbloems kansen zijn verkeken. "Merkel heeft de reputatie dat ze mensen kan laten vallen als het nodig is", zegt Peter Spiegel van de Financial Times. "Niets is definitief", zegt Markus Ferber van de CSU. "In november zijn er verkiezingen in Spanje. Dat maakt de politieke toekomst van De Guindos ongewis." Bovendien is er een beste kans dat de almachtige Duitsers in deze heikele periode Keine Experimente willen. En dan valt de keus al snel op Jeroen Dijsselbloem.

Copyright © 2015 Weekbladpers Tijdschriften

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp