Nieuws Verenigd Koninkrijk
Little Britain, een straat in het financieel district van Londen (Ian T Edwards)

Weifelende stappen richting de EU

Nu Tony Blair en David Miliband mogelijk kandidaat zijn voor een topfunctie binnen de EU, streeft men in Londen nu toch naar meer betrokkenheid bij Europa. Maar de leider van de conservatieve partij, David Cameron, zou deze trend wel eens een halt kunnen toeroepen nog voordat die goed en wel effect heeft, betoogt Mary Dejevsky in de Britse krant The Independent.

Gepubliceerd op 27 oktober 2009 om 16:18
Little Britain, een straat in het financieel district van Londen (Ian T Edwards)

Ongeveer een week geleden viel mijn mond bij wijze van spreken open toen ik zat te luisteren naar een aantal sprekers bij een Britse denktank in Londen, die achter elkaar en systematisch alle argumenten van tafel veegden die gewoonlijk worden aangedragen om de bijzondere relatie tussen Groot-Brittannië en de VS te benadrukken. In het kort kwam het hierop neer:

Groot-Brittannië moest maar genoegen nemen met het feit het een middelgrote staat is, die qua omvang, welstand en bereik feitelijk niet te vergelijken valt met de Verenigde Staten. De relatie zou zelfs alleen maar aan gelijkwaardigheid inboeten, omdat de VS mondiale ambities heeft en ook China opstoomt in de vaart der volkeren. Als we zouden proberen de VS bij te blijven benen, zou er van de Britse militairen en andere Britse vaardigheden een vertekend beeld worden geschetst – in ons nadeel. En door onze nationale belangen zo nauw te verbinden met die van de Verenigde Staten zouden we onszelf in een vernederende positie kunnen manoeuvreren, waarbij we ons buitenlands beleid telkens zouden moeten aanpassen als de VS een nieuwe regering kiest, ook al bleef onze eigen regering in het zadel.

De conclusie was dat we ons toekomstig buitenlands en defensiebeleid beter konden afstemmen op de Europese Unie, hoewel we dit voorlopig nog wel kunnen combineren met het lidmaatschap van de NAVO. Toch was mijn verbazing op zich maar voor een deel een reactie op de argumenten die vanaf het podium naar voren werden gebracht, ook al waren ze nog zo steekhoudend. Mijn verbazing werd vooral veroorzaakt door het feit dat het publiek, waaronder vele hoge militairen, defensiespecialisten en diplomaten met ervaring en in een leeftijdscategorie waarin mensen van nature al voorstanders van het Atlantisch Bondgenootschap zijn, in meerderheid instemde met wat er werd beweerd. Niemand betwistte de visie dat Groot-Brittannië niet alleen de tering naar de nering zou moeten zetten, maar dat het zelfs, omwille van defensie- en buitenlands beleid, deel zou moeten gaan uitmaken van een groter geheel - en dat Europa daarbij waarschijnlijk een goede keus was.

Voor het eerst in 12 jaar een pro-Europees betoog

Nieuwsbrief in het Nederlands

In slechts een paar uur tijd werd bijna elk heilig defensiehuisje omvergehaald, variërend van de Britse morele verantwoordelijkheid om zich bezig te houden met vredesmissies over de hele wereld tot en met de kosten voor de vernieuwing van de Trident-raketten. Er werd gesproken over onze inzet in Irak en Afghanistan, niet in de zin van een bewijs van ons mondiale bereik, maar als louterende ervaring ter illustratie van de beperkingen van onze slagkracht.

Toch bleek het lastig in te schatten in hoeverre deze herwaardering van de Britse relaties met de buitenwereld ook door het regeringsfront werd gedeeld, in tegenstelling tot de politieke wandelgangen. Tenminste, tot gisteren, toen de David Miliband, Britse minister van Buitenlandse Zaken, voor het eerst sinds Labour 12 jaar geleden aan de macht kwam in zijn functie van minster een zeer pro-Europese redevoering (en veel minder pro-NAVO) hield voor een Brits publiek.

Miliband bereidde Groot-Brittannië erop voor dat het buitenlands beleid voornamelijk via de EU zou worden bepaald. Daarmee droeg hij de 'bijzondere relatie' in feite ten grave. Hij benadrukte weliswaar dat Europa "geen vervanging zou betekenen voor de relatie van Groot-Brittannië met de Verenigde Staten", maar het tegendeel klonk door in alles wat hij verder zei. De VS werd beschouwd als een grote mogendheid als elke andere grote mogendheid. “Europa is ons continent”, zei hij.

Toenadering tot EU is voorbeeld van slechte timing

Het is natuurlijk tragisch dat deze regering, of in elk geval de minister van Buitenlandse Zaken, haar Europese hart ontdekt, net nu ze de macht aan het verliezen is. Zelfs al zou de redevoering van Miliband eerder een slimme persoonlijke zet zijn geweest om een Europese topfunctie binnen te halen dan een uitgebreide heroverweging van het regeringsbeleid, uiteindelijk maakt het niet veel uit: wat we hier eens te meer zien is een ellendig voorbeeld van verkeerde timing.

Juist nu de diplomatieke en defensiestaf Europa beginnen te aanvaarden als logische arena voor de invloed van Groot-Brittannië, staan wij op het punt een regering te kiezen die nog sceptischer tegenover Europa staat dan enige andere regering sinds onze toetreding tot de EU. In een tijdperk, waarin Groot-Brittannië had kunnen opgaan in de grote Europese stroom, is David Cameron bezig tegen de stroom van de geschiedenis in te zwemmen, met slechts een handjevol medestanders aan zijn zijde. De enige troost voor Britse pro-Europeanen is dat Cameron in eigen land al afstevent op een debacle over de kwestie Europa, nog voordat hij het tegen Brussel gaat opnemen.

Na het Verdrag van Lissabon

Zullen de Britten de EU-topfuncties in de wacht slepen?

Met de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon zal de Europese Unie een president krijgen en een Hoge Vertegenwoordiger voor Buitenlandse Zaken. Voor beide functies worden de namen van Britse politici genoemd: Tony Blair voor de functie van EU-president en David Miliband voor die van Hoge Vertegenwoordiger. Beide politici zijn lid van de onder vuur liggende Labourpartij, en geen van beide heeft hun kandidaatstelling bevestigd. Miliband heeft zelfs aangegeven niet beschikbaar te zijn voor de functie, maar commentatoren nemen zijn uitspraken met een korrel zout aangezien hij eerder deze week een opmerkelijke pro-Europese speech heeft gehouden. The Independent beschouwde de speech als “een indrukwekkende sollicitatie”. Hoe dan ook, één ding is zeker: in de EU wordt gewerkt met quota. Als één van de functies naar een Brit gaat, zal de andere hoogstwaarschijnlijk vervuld worden door een kandidaat uit een ander EU-land.

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp